Problematische schulden in de provincie Groningen
Op deze pagina is te zien hoe het aandeel huishoudens met schulden in de Groningse gemeenten zich in de afgelopen jaren heeft ontwikkeld. Daarnaast is te zien met welke achtergrondkenmerken en risicofactoren problematische schulden vaak gepaard gaan. Wanneer we het op deze pagina hebben over (geregistreerde problematische) schulden, worden hiermee de geregistreerde problematische schulden volgens de richtlijnen van het CBS bedoeld.
Aandeel Groningse huishoudens met schulden gelijk aan Nederland
In de onderstaande figuur is het aandeel huishoudens met problematische schulden per gemeente te zien. Pekela is de gemeente met het hoogste aandeel huishoudens met problematische schulden (12,2%). De gemeente met het laagste aandeel schulden is de gemeente Westerkwartier (6,0%).
Op de tweede pagina van de figuur zie je hoe zich het aandeel huishoudens met schulden zich in de afgelopen jaren heeft ontwikkeld. In 2023 heeft het CBS haar definitie van problematische schulden aangepast. Ze hebben vier nieuwe bronnen toegevoegd. Om de trend inzichtelijk te maken geven we in deze figuur het aandeel schuldenaren volgens de oude definitie weer. Het aandeel huishoudens met problematische schulden in de provincie Groningen (7,9%) is in de afgelopen jaren minder gestegen dan dat van Nederland (8,6%). Zowel in de provincie als in de gemeenten is het aandeel huishoudens met schulden in de afgelopen twee jaren toegenomen.
Op de derde pagina van de figuur wordt per gemeente het aandeel huishoudens met schulden vergeleken met het aandeel huishoudens dat een laag inkomen heeft. De gemeenten met een hoog aandeel huishoudens met problematische schulden, zijn over het algemeen ook de gemeenten met een hoog aandeel huishoudens met een laag inkomen. Dit komt doordat armoede en schulden vaak gepaard gaan. Een van de redenen hiervoor is dat het voor personen met een laag inkomen makkelijker is om schulden op te bouwen. Dit komt doordat er minder geld binnenkomt om schulden af te lossen en doordat er (door een tekort aan inkomen) vaker een reden is om geld te lenen. Een andere oorzaak van de overlap tussen armoede en schulden, is dat dezelfde risicofactoren (laag inkomen, zwak sociaal netwerk, slechte gezondheid, etc.) beide problemen kunnen veroorzaken.
De gemeente Groningen heeft ondanks het hoge aandeel huishoudens met een laag inkomen, een relatief laag aandeel huishoudens met problematische schulden (6,6%). In de gemeente Groningen wonen relatief veel jonge huishoudens (kostwinner jonger dan 25 jaar). Deze huishoudens hebben een relatief hoge kans op een laag inkomen, vanwege de overgang van een opleiding naar werk. Aan de andere kant hebben deze huishoudens het minst vaak schulden. Een andere factor die mogelijk meespeelt is het hoge aandeel studentenhuishoudens in de gemeente Groningen. Studentenhuishoudens hebben relatief weinig te maken met problematische schulden en duwen daardoor het aandeel huishoudens met schulden naar beneden. Bij de berekening van het aandeel huishoudens met (langdurig) lage inkomens worden studentenhuishoudens volledig buiten beschouwing gelaten en gebeurt dit dus niet.
Achtergrondkenmerken van huishoudens met schulden
In de onderstaande figuur is per gemeente te zien hoe verschillende achtergrondvariabelen verdeeld zijn in huishoudens met en zonder geregistreerde problematische schulden. Het verschil tussen de staven laat zien of een persoon met een bepaald achtergrondkenmerk relatief vaker of minder vaak problematische schulden heeft. Zo zien we bijvoorbeeld dat het aandeel 25 tot 45-jarigen bij de groep met geregistreerde problematische schulden een stuk hoger is dan in de groep zonder geregistreerde problematische schulden. Zij hebben dus relatief vaker schulden dan mensen binnen een andere leeftijdscategorie.
Over het algemeen komen de achtergrondvariabelen die we bij huishoudens met schulden zien, voor een groot deel overeen met de kenmerken van huishoudens met een laag inkomen. Huishoudens met een referentiepersoon van 65 jaar of ouder hebben bijvoorbeeld niet alleen minder vaak een laag inkomen, ook het aandeel 65-plussers met schulden is relatief laag. Ook hebben eenpersoons- en eenouderhuishoudens, huishoudens met een uitkering en huishoudens met een niet-westerse migratieachtergrond relatief vaker schulden.
Schulden bij kwetsbare huishoudens
Het CBS toont aan dat ‘kwetsbare huishoudens’ relatief vaker met schulden te maken krijgen. Onder kwetsbare huishoudens worden huishoudens verstaan die bijvoorbeeld moeten rondkomen van een uitkering, huishoudens met een onzeker inkomen en zelfstandig ondernemers. In de onderstaande figuur is voor een aantal kenmerken van kwetsbare huishoudens te zien in welke mate zij samenhangen met problematische schulden. Het verschil tussen de twee staven laat zien of een huishouden met een bepaald kenmerk relatief vaker of minder vaak problematische schulden heeft.
Over het algemeen hebben huishoudens met problematische schulden vaker een gezinslid met een uitkering. Huishoudens met een laag of onzeker inkomen, bijvoorbeeld door een flexibele contracten of werkloosheid, hebben vaker te maken met geregistreerde problematische schulden.