Wonen
Wat is fijn wonen? Het antwoord op deze vraag kan per persoon verschillen. Het hangt onder meer af van de kwaliteit van de woning en de woonomgeving.
Woontevredenheid vormt een belangrijk aspect van de brede welvaart. Waar en hoe mensen wonen is belangrijk voor de gezondheid en voor allerlei sociale aspecten. In welke buurt iemand woont en de nabijheid van voorzieningen, veiligheidsbeleving en de mate waarin misdrijven plaatsvinden bepaalt het woon- en leefklimaat.
In het kort
- Groningers zijn iets minder tevreden over hun woning en woonomgeving als de rest van Nederland.
- De aardbevingsschade beïnvloedt de woontevredenheid negatief. Het zijn vooral de jongvolwassenen en huurders die minder tevreden zijn met verschillende aspecten van de woning.
- De relatief grote afstand tot voorzieningen in Groningen hangen samen met het landelijk karakter van de provincie. Voor de meeste Groningen is het reizen voor voorzieningen geen probleem. Wel noemen zij het verdwijnen van voorzieningen als één van de redenen voor de achteruitgang van de leefbaarheid in de woonbuurt.
Tevredenheid met woonomgeving hoog maar dalend
Hoe prettig het is om te wonen in een gebied, hangt onder meer af van de woonomgeving. Inwoners van Groningen zijn over het algemeen heel tevreden met hun woonomgeving, al zien we een daling in tevredenheid in de afgelopen jaren. De Regionale Monitor Brede Welvaart (RMBW) van CBS laat zien dat 82,7% van de Groningers tevreden is met hun woonomgeving (2021), waar dit in 2018 nog 84% was. Daarmee staat Groningen op de 10de plek op de provinciale ranglijst. De verschillen tussen provincies zijn klein en een lage positie op de ranglijst lijkt hier geen zorgpunt te zijn. Bevragingen uit het Groninger Panel bieden hierop aanvullend inzicht.
In 2022 vonden de meeste Groningse panelleden dat ze in een aantrekkelijke woonomgeving wonen (81%). Dit beeld is stabiel sinds 2018. Wel zien we minder tevredenheid met andere aspecten van de woonomgeving: buitenvoorzieningen in de woonomgeving, zoals onderhoud van wandel- en fietspaden, het groen, en de buitenverlichting.
De sterkste afname in tevredenheid in de afgelopen jaren is zichtbaar in de tevredenheid met groen in de omgeving: waar in 2020 nog 76% van het Groninger Panel (zeer) tevreden was, is in 2022 een daling van 8 procentpunten zichtbaar. Ook de tevredenheid met het onderhoud van de perken en plantsoenen (-8 procentpunt) en van de fiets- en wandelpaden in de omgeving (-6 procentpunt) is behoorlijk gedaald.
“Ik ben bang dat de taken van onderhoud door gemeenten verzaakt wordt en er dus verpaupering optreedt.”
“Een aantal perken met lelijke struiken zijn door bewoners in overleg met gemeente aangepakt en zijn bloemrijk en kleurrijk geworden.”
“Fantastisch wonen in heerlijke buurt, veel sociale contacten. Weinig zorgen, behalve aardbevingsschade.”
“Heerlijk ruimtelijk wonen hier.”
Tevredenheid met eigen woning stabiel
Een goede woning is belangrijk voor het waarborgen van de brede welvaart van een wijk of dorp (Van Beuningen, 2018; Aalders et al., 2021). Groningers zijn tevreden met hun woning. Volgens de Regionale Monitor Brede Welvaart van het CBS is 85% van de Groningers in 2021 tevreden met de huidige woning. Van alle provincies staat Groningen daarmee op de 10de plek.
Het Groninger Panel waardeert de huidige woningen gemiddeld met een rapportcijfer 8,0. Dit cijfer is al jaren stabiel. We zien wel wat verschillen tussen de gemeenten. Het gemiddelde cijfer dat in Eemsdelta en Oldambt wordt gegeven (7,8) is het laagste, en in Westerkwartier met een 8,3 het hoogst.
Het meest tevreden is men met de aantrekkelijkheid van de eigen woning (87%) en het minst met de energiezuinigheid (53%). Het meest tevreden zijn ouderen. In het bijzonder 75-plussers; zij geven voor alle deelaspecten vaker aan tevreden te zijn.
We lichten vier deelaspecten nader toe, namelijk de drie financiële deelaspecten (betaalbaarheid, waardeontwikkeling en energiezuinigheid) en de mogelijkheid tot lang zelfstandig thuis wonen:
Betaalbaarheid
De tevredenheid met de betaalbaarheid van de woning bleef in 2022 nagenoeg gelijk ten opzichte van twee jaar geleden. Waar in 2020 74% tevreden was, is dat in 2022 73%. In de betaalbaarheid van de woningen komen verschillende zaken samen. Als gevolg van de spanning op de woningmarkt staat dus de betaalbaarheid onder druk. Bovendien beïnvloedt de energiecrisis de betaalbaarheid door hoge energielasten van soms slecht geïsoleerde woningen.
Waardeontwikkeling van de woningen
Het aandeel Groningers dat tevreden is met de waardeontwikkeling van hun woning steeg in de afgelopen jaren. In 2018 gaf bijna de helft aan (zeer) tevreden te zijn met de waardeontwikkeling, inmiddels gaat dat om 67% van de panelleden.
Energiezuinigheid
Meer dan de helft (53%) van de Groningers is tevreden over de energiezuinigheid van hun woning. Door de gestegen energieprijzen is de energiezuinigheid van woningen extra belangrijk geworden. Uit onderzoek blijkt dat het risico op energiearmoede in Groningen hoger is dan gemiddeld, vooral in het oosten van de provincie (TNO, 2023). Dit komt door een combinatie van relatief veel lage inkomens en slecht geïsoleerde woningen (met vaak ook nog groot oppervlak). Met uitzondering van de gemeente Groningen gaat het vooral om particulier woningbezit (koopwoningen). Het is te verwachten dat duurzame renovatie voor woningeigenaren met lage inkomens moeilijker te realiseren is, aangezien het inkomen en de waarde van hun woning vaak niet in verhouding staan tot de hoge kosten voor verduurzaming. De verduurzaming van huurwoningen loopt achter, maar ook woningeigenaren van voormalige corporatiewoningen blijken vaak moeite te hebben verduurzaming. Deze woningeigenaren hebben vaak net hun sociale huurwoning kunnen kopen, maar hebben niet de financiële ruimte om in onderhoud en verduurzaming mee te komen. Groningers met lagere inkomens wonen vaak in oude, slecht geïsoleerde huizen met een lagere woningwaarde. Het is lastig om te overzien of een investering ‘uit kan’, als men al de middelen heeft om de investering te kunnen doen.
Langer zelfstandig wonen
Het aantal ouderen in Groningen neemt in rap tempo toe. Het aantal 80-plussers verdubbelt van 27 duizend in 2018 tot bijna 54 duizend in 2040. Deze vergrijzing gaat de komende jaren niet alleen gepaard met een hogere druk op de formele en informele zorg, maar heeft ook gevolgen voor wonen.
Het rijksbeleid is erop gericht om mensen zo lang mogelijk zelfstandig thuis te laten wonen. 72% van de Groningse panelleden geeft in 2022 aan tevreden te zijn met de mogelijkheden om in de woning langer zelfstandig thuis te kunnen blijven wonen. Dit aandeel steeg in de afgelopen zes jaar. Wel moeten er nog veel woningen geschikt gemaakt worden om er in de toekomst te kunnen blijven wonen. De babyboomgeneratie woont vaak in grote gezinswoningen, welke in formaat en onderhoud inmiddels veelal niet meer passend is.
Vaker verhuiswens jongvolwassenen, maar wel dichtbij blijven
Onder jongvolwassenen bestaat traditiegetrouw relatief vaak een verhuiswens. In Noord-Nederland geeft 53% van de jongvolwassenen aan binnen twee jaar (misschien) te willen verhuizen. Belangrijke motieven hiervoor zijn levensgebeurtenissen zoals afstuderen, gaan samenwonen of gezinsuitbreiding, en ontevredenheid over de huidige woning.
Slechts een klein deel van de jongvolwassenen (6%) wil over grotere afstand verhuizen (> 35 kilometer). Voor deze groep is werk of studie vaak de belangrijkste verhuisreden.
Veruit de meeste jongvolwassenen kunnen gezien worden als ‘blijvers’. Zij willen in de komende twee jaar niet verhuizen, of hooguit binnen een straal van 5 kilometer (in totaal gaat dit om 64% voor Noord-Nederland). Wat opvalt is dat het zeker niet alleen gaat om pas afgestudeerden van de hogeschool of universiteit die vertrekken. De blijvers zijn ook relatief vaak hbo- of wo-opgeleid en wonen even vaak in de stad als op het platteland.
Uit gezamenlijk onderzoek met Planbureau Fryslân en Trendbureau Drenthe blijkt dat voor de drie noordelijke provincies de groep jongvolwassenen er regelmatig uitspringt (Sociaal Planbureau Groningen e.a., 2021). Jongvolwassenen zijn minder tevreden over diverse aspecten van hun woning dan oudere leeftijdsgroepen. Ze zijn vooral ontevreden over de energiezuinigheid van hun woning, terwijl zij hier ook meer waarde aan hechten dan oudere leeftijdsgroepen. De betaalbaarheid van woningen is eveneens een punt van zorg voor jongvolwassenen, wat deels te wijten kan zijn aan stijgende huizenprijzen en strengere leennormen, waardoor het voor starters op de woningmarkt moeilijker is om hun gewenste woning te kopen. Daarnaast hebben jongvolwassenen minder vaak dan oudere leeftijdsgroepen de beschikking over financiële middelen om te investeren in hun woning.
Woningvoorraad
In Groningen staan 290.562 woningen (peilmoment november 2023). Het aantal woningen groeide sinds 2018 met 4,9%, bijna gelijk aan het landelijk gemiddelde (5%). De groei is niet evenredig verdeeld over de gemeenten. In de afgelopen vijf jaar vond de grootste groei plaats in de gemeenten Groningen (8,7%) en Westerkwartier (7,8%). De overige gemeenten zagen een veel lagere ontwikkeling in het aantal woningen. In Stadskanaal en Het Hogeland daalde het aantal woningen in deze periode licht.
Groningen kent een kleiner aandeel koopwoningen dan gemiddeld in Nederland (54% tegen 57%). Het aandeel huurwoningen van woningcorporaties is in de provincies Groningen gelijk aan Nederland (29%). Er zijn in Groningen wel wat meer woningen van overige verhuurders. Deze zijn vooral geconcentreerd in de gemeente Groningen. Een verklaring daarvoor, naast dat dit type woning meer voorkomt in stedelijk gebied, is het hoge aandeel studentenwoningen in de stad Groningen. De rest van de gemeenten hebben een percentage koopwoningen dat varieert van gelijk aan het Nederlands gemiddelde tot ruim erboven. In Westerkwartier is bijna driekwart (73%) van de woningen een koopwoning.
WOZ-waarde
Het bezitten van een koopwoning is in Groningen minder duur dan gemiddeld in Nederland. De WOZ-waarde in Groningen (€268.000) ligt gemiddeld aanzienlijk lager dan in Nederland (€ 368.000). Na een daling van de WOZ-waarde in de periode 2013-2016, stijgt deze sindsdien weer.
Gemiddeld is de WOZ-waarde het laagst in de gemeente Pekela (€ 195.000). De hoogste WOZ-waarde vinden we in de gemeenten Westerkwartier (€ 304. 000) en Groningen (€ 295.000). De verschillen tussen de gemeenten lijken over de jaren heen gelijk te blijven.
In een regio met een lagere gemiddelde WOZ-waarde is het over het algemeen goedkoper om een koopwoning te kopen. Echter is in regio’s met lagere WOZ-waardes over het algemeen het gemiddelde inkomen ook lager.
Afstand tot voorzieningen
De aanwezigheid en bereikbaarheid van voorzieningen zoals winkels, scholen en de huisarts zijn belangrijke factoren voor de leefbaarheid van een gebied. Een gebied is leefbaar voor bewoners als voorzieningen niet al te ver weg zijn. Dat houdt in dat ze voor alle doelgroepen goed te bereiken zijn. De afstand tot de voorzieningen en de mobiliteit van de inwoners beïnvloedt de bereikbaarheid.
De afstanden die Groningers naar een voorziening moeten afleggen zijn groter dan elders in Nederland. Dit heeft te maken met het landelijke karakter van de provincie. Voor veel voorzieningen moet worden gependeld naar het volgende dorp of het regionale centrum in de buurt. Toch is voor veel voorzieningen het verschil in afstand met de rest van Nederland te overzien. Zo staat Groningen op de 11de plek wat betreft de afstand tot de basisschool met 0,9 km. De kortste gemiddelde afstand is 0,6 km (in Noord- en Zuid-Holland): een gemiddeld verschil van slechts 300 meter.
Er zijn wat betreft gemiddelde afstanden tot voorzieningen wel duidelijke verschillen te zien tussen de gemeenten, steden, dorpen en wijken in Groningen. Over het algemeen geldt dat voorzieningen in de stedelijke gemeenten relatief dichtbij zijn vergeleken met niet-stedelijke gemeenten.
De feitelijke afstand zegt niet altijd iets over de ervaren bereikbaarheid. Meer nog dan de nabijheid van voorzieningen is de bereikbaarheid hiervan van belang voor de leefbaarheid. In een gebied waar het autobezit hoog is, en de inwoners mobiel, is minder snel sprake van een ‘leefbaarheidsvraagstuk’. Ook wanneer voorzieningen verder weg zijn dan in een gebied met minder mobiele inwoners. Echter, met name voor ouderen kan het lastig zijn om zelfstandig te reizen naar soms verder gelegen voorzieningen.
We hebben het Groninger Panel gevraagd in hoeverre zij moeite hebben om bepaalde voorzieningen te bereiken, namelijk de supermarkt, de huisarts en het café. De meeste mensen geven aan geen moeite te hebben met de bereikbaarheid van de huisarts (gemiddelde dat wel moeite heeft is 8%). Toch wordt in de gemeente Het Hogeland door 9% aangegeven dat zij af en toe of regelmatig moeite hebben met het bereiken van de huisarts. In Stadskanaal (5%) en Westerwolde (6%) is de ervaren bereikbaarheid van de huisarts het beste. Dit illustreert direct hoe de ervaren bereikbaarheid niet hetzelfde is als de feitelijke afstand: in Westerwolde is de gemiddelde afstand tot de huisarts juist het grootst.
Meer informatie en inzichten
Meer weten over wonen in de provincie Groningen? Download hier de Monitor Brede Welvaart Groningen 2022 voor meer informatie en inzichten, zoals bijvoorbeeld de uitdagingen met betrekking tot het versterken van de brede welvaart in Groningen.
Verantwoording indicatoren
De Regionale Monitor Brede Welvaart (RMBW) van het CBS kijkt bij het thema ‘wonen’ naar vijf indicatoren, namelijk: tevredenheid met de woonomgeving, tevredenheid met de woning, gemiddelde afstand tot een sportterrein, een basisschool en cafés.
We vullen deze indicatoren aan met gegevens over de Groningse woningmarkt (WOZ-waarden en woningvoorraad), de gemiddelde afstand tot andere voorzieningen, en de ervaren bereikbaarheid van voorzieningen. Aanvullende inzichten worden met name geboden vanuit onderzoek onder het Groninger Panel.